We hoeven niet altijd jaren te wachten voordat we van de volle rijkdom van een Alsacewijn kunnen genieten: na 6 maanden tot 5 jaar zijn ze op dronk. De grote millésimes (wijnjaren), de Grands Crus, de Vendanges Tardives en de Sélections de Grains Nobles worden wel beter naarmate ze langer bewaard worden in een kelder die niet te droog en niet te vochtig is. Bepaalde druivenrassen vertonen soms een lichte tinteling. Dit wordt veroorzaakt door het vroegtijdig bottelen, waardoor alle kwaliteiten van de wijn behouden blijven. In elk geval moeten de wijnen liggend bewaard worden bij een temperatuur tussen de 10 en 15°C. De aanwezigheid van eventuele wijnkristallen op de bodem van de fles is een geheel natuurlijk verschijnsel en is vaak een teken van grote finesse.
De wijnen uit de Alsace dienen koel geserveerd te worden. Voor een Alsace en een Alsace Grand Cru ligt de ideale temperatuur tussen 8 en 10°C, voor een Crémant ligt deze iets lager, namelijk tussen de 5 en 7°C. De smaak, het bouquet en de finesse van de wijn ontplooien zich het best in een tulpvormig glas met een lange steel. De Crémant komt het meest tot zijn recht in een lange, slanke, kristallen flûte. De aroma’s komen het best tot hun recht in glazen die niet helemaal gevuld zijn.
De appellations & vermeldingen. Eén oogopslag is voldoende o. m. een fles uit de Alsace te herkennen met zijn typische slanke vorm die voor alle stille wijnen verplicht is. Daarbij kunnen de 53 Appellations d’Origine Contrôlées alleen in de Alsace worden gebotteld.
AOC Alsace: Deze appellation uit de Alsace staat garant voor authenticiteit van het Elzasser terroir en vakmanschap van haar producenten. Zij maakt onderscheid tussen de wijnen die de naam van een van de zeven druivenrassen dragen, blends en sinds 2011 worden ze soms aangevuld door de naam van een buurtschap (lieu-dit) of van een gemeente.
AOC Alsace Grands Crus: Deze appellation wordt verleend aan grote wijnen die beantwoorden aan veeleisende kwaliteitscriteria. Het gaat om 51 uitzonderlijke terroirs. De geologische en klimatologische kenmerken en daarnaast de strikte productieverplichtingen zorgen voor unieke wijnen. Ze zijn zuiver en complex; vaak geschikt om bewaard te worden. Deze authentieke raspaardjes dragen in hun aroma’s en structuur de voetsporen van hun terroirs. De toegestane druivenrassen in de Grands Crus zijn, op een uitzondering na, de Riesling, Muscat, Pinot gris en Gewürztraminer.
AOC Crémant d ‘Alsace: Deze bruisende Alsacewijnen, levendig en delicaat, worden op traditionele wijze gemaakt en met name van de Pinot Blanc maar ook van de Pinot Gris, Riesling, Chardonnay of Pinot Noir (Crémant Rosé). Zij zijn vandaag de dag leader van de Franse mousserende wijnen. Als aperitief of bij de maaltijd, zij zijn bij iedere gelegenheid op hun gemak.
Vendanges Tardives: De wijnen met deze vermelding zijn van dezelfde druiven afkomstig als de Grands Crus. Alleen worden de druiven pas geplukt als ze overrijp zijn en vaak enkele weken na het officiële begin van de oogst. De suikerconcentratie en het begin van de edele rotting (Botrytis Cinerea) voegen kracht toe aan het geurige karakter van het druivenras.
Sélections de Grains nobles: Deze wijnen zijn gemaakt van druiven die aangetast zijn door edele rotting. De suikerconcentratie maakt het karakter van het druivenras iets meer bescheiden, daarentegen wint de wijn echter aan kracht en complexiteit en heeft een bijzonder lange afdronk. Dit zijn de ware meesterwerken.